Jesse, Masterclass 1

‘Ik heb groep 8 niet gedaan en ben meteen hierheen gekomen. Ze zeiden dat ik niet meer op de basisschool paste omdat ik tijdens de lessen niet geïnteresseerd was. Dat kon komen doordat ik het niet snapte óf doordat ik het juist zó goed snapte dat ik er helemaal geen zin meer in had. Daar heb ik allemaal testjes voor gekregen. Toen kon ik een klas overslaan óf naar een andere basisschool. Ik dacht: weet je, ik ga gewoon naar het Eckart. Die hebben een goeie afdeling waar ik terecht kan.

Soms voel ik me een beetje anders. Ik vind het jammer dat ik geen kamp en musical heb kunnen doen, maar de werkweek was eigenlijk ook een kamp. Daar hebben we zelfs iets musical-achtigs gedaan: elke groep die daar zat, maakte een scène voor een film. Dat was heel leuk. Je leerde iedereen goed kennen vóórdat je echt op school zat.

Elke dag huiswerk is best wennen. Ik baal er nog steeds van, maar ik weet nu wel beter hoe ik het moet doen. Ik ben er nog niet achter gekomen wat er gebeurt als je het niet doet. Eén keer had ik het niet af en toen zei ze: maak maar gewoon in de les af.

Ik verwachtte eerst dat ik sommige docenten echt niet zou mogen en andere heel aardig zou vinden. Maar als je tegen iedereen gewoon ‘hoi’ zegt, zijn ze allemaal aardig. Ik hoef echt niet elke les te komen praten, maar als ik wegga, zeg ik: doei mevrouw of doei meneer. Ze vinden het dan ook iets minder erg als je een keer niet op zit te letten.’