Anne-Marie Elissen, docent levensbeschouwing en ondersteuningscoördinator
‘Soms denk ik: de ouders die nu hun kinderen komen aanmelden, kunnen al bijna bij mij in de klas hebben gezeten! Ik hoor inmiddels echt wel bij de ouderen. Dat vind ik niet lastig, hoor. Eigenlijk is het zelfs heel prettig. De school is gewoon heel vertrouwd geworden, meer een soort tweede thuis.
Ik vind het wel belangrijk om de zaak af en toe eens goed op te schudden. Dan zie ik hoe het beter kan en dan ben ik ambitieus. Het is fijn dat die mogelijkheid er is op deze school: als je een goed plan hebt, mag je het vaak uitvoeren. Ik had bijvoorbeeld het idee om de zorg op school anders te organiseren. Eerst was er maar één iemand die alles coördineerde; dat doen we nu met z’n drieën.
Wat het ondersteuningsteam vooral doet, is de juiste hulp inschakelen, zowel binnen als buiten school. Vaak kunnen we op school een kleine aanpassing doen om het voor de leerling alvast wat beter te maken. Dat kan een pasje zijn voor extra tijd bij toetsen of een wekelijks gesprekje met een leerlingbegeleider. Als je een beetje flexibel bent, kun je zoiets snel regelen. De zorg buiten school duurt vaak al zó lang!
Toen mijn zoons naar ‘t Eckart kwamen, ben ik echt wel met andere ogen gaan kijken. Mijn kinderen waren niet van die modelleerlingen, haha. Sindsdien ben ik me er veel meer van bewust dat het belangrijk is om dingen op het bord te zetten, vooral voor brugklassers. En als ze wat opschrijven, moet je het regelmatig even controleren. Bij m’n eigen zoons stond er vaak niks in hun agenda. Ik heb trouwens ook wel geleerd dat je het soms gewoon in de soep moet laten lopen, zodat kinderen zélf in de gaten krijgen dat ze aan de gang moeten. Je hoeft echt niet meteen met allerlei hulptroepen aan te komen zetten bij een laag punt.’